All posts in Diving

  • Geen koord rond mijn poot

    Gisteren nog is gaan duiken buiten het kader van de opleiding. De duikstek heet Goese Sas: “dat ten Noorden van de monding ligt van het kanaal, dat de stad Goes verbindt met de Oosterschelde”.

    Een erg mooie duikplaats, maar waarschijnlijk niet aan te raden op drukke duikdagen. Er is amper plaats voor een 20-tal wagens, terwijl de grote duikplaatsen hier een veelvoud van kunnen herbergen.

    Erg ontspannen was ik niet voor de duik. Ik had mij vergist in het tempo van de dag. Dat stond bij mij op “langzaam”(de hitte nietwaar), maar het zou net superdruk worden. Deze week is het op school de deliberatie week (volgende week proclamatie en dan vakantie). Een avondlijke meeting zou er nog voor zorgen dat ik geen tijd meer had om te eten, moest rennen (letterlijk in de school rondgelopen want alle deuren waren al dicht) om buiten te geraken en vervolgens nog naar de duikstek rijden.

    Omdat de stroming een belangrijke rol speelt op deze duikplaats moest het omkleden snel gaan. En dat was er gisteren nu is te veel aan. Druk lijdt tot stress, en ik vergat achtereenvolgens mijn lood, mijn duikbril en mijn duiklamp. De eerste 2 bedacht ik gelukkig voor ik in het water zat, de laatste zou voor een volgende duik zijn.

    De duikbuddy stelde voor om een buddy-line aan te doen. Dat is een lijn die in onze wateren gebruikt wordt om elkaar niet te verliezen. Voor sommige duikers is dit een basisonderdeel van hun duikuitrusting, maar zelf gebruik ik dit liever niet. Het nadeel is dat je onvoorwaardelijk aan elkaar vast zit, ook als het mis gaat. Ik vind dat nuttig in les situaties waar het gevaar groot is om een student kwijt te geraken (bv een stromingsduik met slecht zicht), als je elkaar voor 100% kent en vertrouwd of in een noodsituatie. Geen van deze waren bij deze duik van toepassing, dus ik wou geen koord rond mijn poot.

    Dat is iets dat ik in het vervolg boven water ga uitspreken. Net zoals ik mij met koord onveilig voel, kan dit voor de andere partij zonder koord het geval zijn. Zie daar een Smetty leer-moment.

    De duik (zonder koord) duurde maar 25 minuten, maar dat was voldoende om de stress van de dag af te werpen. Volgende keer wil ik hier met mijn eigen Vikingske gaan duiken. Die heeft geen touwen nodig om bij mij te blijven (symbolisch ook nog mooi hehe).

  • Snotolf: the sequel

    Er lagen zes maanden tussen mijn laatste duik van vorig jaar en mijn eerste duik van dit seizoen. Ondertussen zit ik midden in de cursus Divemaster, met als gevolg lessen theorie, zwembad lessen en daarnaast ook nog is duiken in buitenwater. Voorlopig staat er dus in mijn agenda vooral: duiken, duiken en duiken. En als ik iets vertel dezer dagen, dan gaat het ook vooral over duiken. Ah ja.

    Na mijn vorige post over Snotolven schreef VH dit in de comments: “Een snotolf? Veel over gehoord, nooit gezien, na tientallen (wat zeg ik, 100-en?) duiken in de Oosterschelde. Een legendarisch beest, net zoals de Manta’s in de Rode Zee, die altijd de ploeg voor of na mij passeerden.”

    Ik heb in mijn vorige post verwezen naar enkele websites met foto’s over de Snotolf. Maar ik begon te twijfen aan wat ik gezien had. Had ik nu echt een mytisch beest gezien? Het is nu ook niet zo evident om vissen te herkennen onder water. Tijdens een duik in Gran Canaria zwom er een Angelshark en men deed onder water het teken van “de haai”. Nu, bij haaien denk ik spontaan aan Jaws en ik dacht dat die vis daar wel een grote rog was. Pas boven water werd het mij duidelijk dat het toch een haai was geweest, die weliswaar familie was van de rog.

    Zondag zijn we terug gaan duiken op die plaats. Het moment dus om te checken of die Snotolf nu ook echt een Snotolf was. De Viking is hem voorbij gezwommen (hehe), maar ik heb hem nu echt van erg dichtbij gezien. Toegegeven, een manta, een haai of een walvis, klinken vast indrukwekkender. Maar aangezien dat niet in de Oosterschelde zit, en kreeften ook op uw bord kunnen liggen, moet ik indruk met het volgende mytische beest in de rij: de Snotolf.

    De foto’s van de Snotolf in kwestie zijn van Peter Rombaut.

  • Les buiten de les

    Bij les geven denk je spontaan aan leerkrachten, kleuterleidsters, lectoren, professoren… Ik geef nu les aan het departement lerarenopleiding van de Hogeschool Gent en al mijn studenten willen graag van les geven hun beroep maken. Maar er is meer. Hoeveel mensen moeten we daar bijtellen die lesgeven in hun vrije tijd?

    De meesten doen dit kosteloos, uit engagement en vol goede wil. Zij hebben vaak geen opleiding gekregen in het “lesgeven”. Het is pas sinds onderwijzen mijn beroep is, dat ik ben gaan nadenken over al die lesgevers buiten het traditionele onderwijssysteem.

    Soms sta ik versteld bij het gebrek aan regelgeving. Afhankelijk van waar de lessen doorgaan, worden soms wel regels opgelegd, maar het is niet absoluut. Zo zou iedereen naar mijn gevoel die “sportles” geeft, een minimum aan kennis moeten opbouwen rond bewegen. Ik denk dan aan een combinatie van algemene kennis en sport specifieke kennis (een duiker verschilt van een voetballer). Maar ook eerste hulp zou een absolute noodzaak moeten zijn. Je kan geen zwembad huren zonder een redder in de buurt, maar er staat geen maat op het les geven in voetbal, basketbal, gevechtsporten etc.

    En dan is er nog het pedagogische aspect. Les geven houdt ook een bepaalde verantwoordelijkheid in en is een vorm van macht. Als de trainer uw kind niet laat mee voetballen, dan heb je als ouder daar weinig bij in te brengen. Zo iemand kan een wereld van verschil maken in het leven van een kind. Zelfs verantwoordelijk zijn voor het stopzetten van een bepaalde activiteit.

    Niet alleen kinderen sporten. Vorig jaar gaf ik zelf ei zo na mijn prille duikcarriëre op. Nog wat onwennig (pak, water, materiaal) diende ik een duikproef af te leggen. Ik was nog te druk met mezelf en alles regelen en deed daarbij een aantal foute handelingen. Na de 2e poging zei de duikassistent: “nog ene keer, en je bent gebuisd”. Ik zou die avond niet slagen voor de proef. De keren nadien zou het ook niet lukken. Totale demotivatie was het gevolg. Als nieuwbakken leerkracht besloot ik te analyseren wat er fout was gegaan.

    De instructeurs hadden één ding gemeen: ze kenden hun vak (duiken), maar omgaan met leerlingen hebben ze nergens geleerd (of te weinig). Dus werd er les gegeven binnen het kader dat ze wel kenden: de “wij stoere mannen wereld”.

    Ik ben nu zelf in opleiding als duik-assistent, nadat ik besloot om van duikschool en duikinstructeur te wisselen. Hoe triviaal het voorval ook mag zijn, het heeft mij doen nadenken over hoe je met leerlingen moet omgaan, met motiveren en met examineren. En niet alleen onder water, ook binnen mijn eigen onderwijs opdracht.

    Lesgeven is zo veel meer dan alleen inhoud overbrengen en vaardigheden aanleren. Daar zou iedereen zich van bewust moeten zijn. Of je nu wiskunde, bloemschikken of surfles geeft.

    Deze post werd oorspronkelijk geschreven en gepost op Edublogs.be.

  • Snotolf

    Vandaag een Snotolf gezien. Inderdaad een Snotolf. Ik had natuurlijk SnotWolf in mijn duik logboek geschreven. Laten we het een combinatie noemen tussen mijn fantasie en mijn eerste stapjes in de biologie.

    Het was weerkundig gezien geen fijne dag vandaag. Pas tegen de avond begon de zon de mist eindelijk te verdrijven. Half april en buiten bleef de temperatuur hangen bij 10 C. Niet echt een ideale dag om de eerste duik van het jaar aan te vangen in buitenwater.

    Net na de middag, toegeven het was met loden schoenen, vertrokken we richting Den Osse (Zeeland, Grevelingen). De eindbestemming was duikplaats “Nieuwe Kerkweg”.

    Op het programma stond het meevolgen met cursist en instructeur van een 4e duik uit de Padi Open Water cursus. Dat past helemaal in mijn huidige traject naar Divemaster (voor de niet-duikers: assistent van de instructeur).

    In koud water duiken heeft zo zijn gevolgen: buiten het minimum materiaal (een 7mm pak + schoenen + vinnen + duikbril + duikvest+ automaat + fles + 11 kg lood) komen daar nog is een 7 mm shorty met kap en handschoenen bovenop. Gelukkig verdwijnen alle ongemakken eens je onderwater bent. Mijn duikhorloge gaf een watertemperatuur aan van 10C, maar toch had ik het op geen enkel moment koud. Het werd een duikje van éénenveertig minuten. In het logboek schreven we: de cursist was geslaagd en ik zag een Snotwolf.

    Benieuwd naar het visje? Kijk dan op de prachtige fotosite van Johnny Jensen naar een superexemplaar of hier voor meerdere foto’s.

    Naar de les biologie nemen we deze informatie mee: ” in Engeland wordt hij “lumpsucker” genoemd. Wanneer je dit gaat vertalen, kom je op “klontzuiger” uit. Inderdaad, hij ziet er klontig uit en zuigt zich ook aan klonten vast. Een andere Engelse benaming is “seahen”, wat eveneens vrij treffend is: de mannelijke snotolf heeft als gewoonte om als een “zeekip” op de eieren te zitten. De Duitsers maken het écht bont: ze noemen het dier “Seehase”. Natuurlijk! Omdat-ie van die lange oren heeft!”

    Wolf, sucker, haan, zeekip en haas. Wat zou de vis zelf over dat lijstje denken?

  • Blub. Up to Divemaster.

    Wanneer ga je nog is iets over duiken schrijven, vroeg onze duikinstructeur (een trouwe lezer van deze blog) gisteren (in één van de volgende lessen ga ik leren dat hij mijn “mentor” is).

    Bij deze dus. Duiken was mijn hoofdactiviteit in juli en augustus vorig jaar, om vervolgens zes maanden naar de achtergrond te verdwijnen. In principe kan je het hele jaar door duiken, maar dan moet je wel beschikken over een droogpak. Een must have, maar wel een investering van minstens 1000. Iets zegt mij dat die aankoop, met de zomer in zicht en een Viking in de buurt die constant noordwaarts trekt, wel is op korte termijn zou kunnen gebeuren.

    Een paar weken geleden zijn we begonnen aan de opleiding tot PADI Divemaster. De volgende stap zou theoretisch instructeur kunnen zijn. Onze commerciële federatie heeft natuurlijk nog een tussenstapje voorzien (wat anderen ook beweren, duiken kost verdomme VEEL geld).

    “Vind je het niet te vroeg om nu al aan Divemaster te beginnen?” vroeg een vriend? In sommige federaties moet je namelijk X-tijd duiken alvorens je een stapje verder mag gaan. Ik zou niet weten waarom. Door deze cursus te volgen, leer ik enorm veel bij, zowel theorie als praktijk. Gisteren stond tijdens de zwembadles zweven op het programma. Iedereen netjes in Boedha-zit en de enkels vastnemen. Mijn zweeftoestand werd omschreven als “lekker-lui-in-de-zetel”. 🙂

    Door een cursus te volgen zit je ook in de actie. En dat heb ik nodig. Een beetje afwisseling: vandaag theorie, morgen in het zwembad, en zodra het water wat warmer is, weer in de Blaarmeersen, onze Vlaamse putten en de Oosterschelde. En ik kijk er ook naar uit om beginners te begeleiden. Gelezen Peter?

    En omdat dit helemaal een persoonlijke post is, ga ik is reclame maken voor de website van duikende familieleden: TROPCAL.