All posts in Marseille

  • Babie Farine en Bruce Willis

    Buurtfeesten in onze wijk (Le Panier).
    Een zeer getalenteerde muzikant vraagt aan het publiek: “Kennen jullie Babie Farine?”
    Iedereen gilt “Ouiiiiiiiiiiii”.
    Blijkt het over Bobby McFerrin te gaan.

    En een paar dagen eerder.
    Enkele jongeren vragen constant aan een Engelstalige man of ze met hem op de foto mogen. We zitten op een terras en vragen aan een tiener naast ons, die duidelijk helemaal over haar toeren geraakt, wie die man is. “Bruce Willis” zegt ze overtuigd. De vent in kwestie zegt mij niks, maar Bruce Willis was het zeker niet.

    De serveerster loopt naar binnen en even later komt de volledige keukenploeg naar buiten om ook een glimp van de man op te vangen. Het is Jason uit de film ‘Le transporteur’ zegt ze.

    Ik heb het moeten googlen, maar het was blijkbaar Jason Statham. Ik ken hem niet van de Transporter-trilogie, maar wel van zijn debuut in ‘Lock, stock and two smoking barrels’.

    Kom ik eens beroemdheid tegen, weet ik geeneens wie het is.

     

     

     

  • Dites-moi (II)

    U kon hier eerder al lezen dat communiceren in Zuid-Frankrijk niet altijd evident is. Op de bus naar Cassis kregen we te maken met het neen-antwoord. Vorig weekend, ook op een bus, was het weer prijs, alleen… we hadden het niet door.

    Vorige week gingen we wandelen op een plaats die wat hoger gelegen is. Langs het startpunt rijdt een lijnbus de heuvel op en af. Enkele locals hadden ons verzekerd dat je de chauffeur gewoon kunt vragen om te stoppen waar je af wil stappen.

    Wij: “Kunnen we afstappen aan plaats X en wil u ons een teken geven?”
    De chauffeur knikt.

    De bus rijdt op een bepaald moment langs enkele herkenningspunten waarvan we weten dat ze voor het startpunt liggen. Iets later passeren we ons startpunt. Twijfel. De chauffeur heeft immers niets gezegd en blaast gewoon verder.

    Ik stap op hem af en vraag of we plaats X al voorbij zijn. Hij antwoordt doodleuk: “ja, maar dat is niet erg, je kan blijven zitten want straks rijden we er terug voorbij”.

    De bus bereikt de top en keert terug naar beneden. In het begin langs een andere kant van de heuvel zodat we niet precies weten waar we zijn. Op een bepaald moment herkent mijn wederhelft onze startplaats en de halte waar we af hadden moeten stappen. De chauffeur zegt weer helemaal niets. We bellen onmiddellijk en stappen een halte verder af.

    Druk maken we ons er niet meer over. Na 5 maanden is er sprake van enige gewenning. Ik weet alleen zeker dat we vanaf nu nooit meer hulp zullen vragen aan een chauffeur op een bus. Meestal zitten er locals op, en die helpen je graag en correct verder.

    Een ezel stoot zich geen 3 keer aan dezelfde steen. In het Frans is dat blijkbaar: un âne ne trébuche pas deux fois sur la même pierre. Waarbij we ook nog leren dat Franse ezels slimmer zijn.

     

     

  • MUCEM

    OLYMPUS DIGITAL CAMERA Topweekend in Marseille. Het MUCEM, oftwel ‘Le musée des civilisations de l’Europe et de la Méditerranée, opent eindelijk zijn deuren. De site bestaat uit een nieuwbouw en het fort Saint-Jean, binnenin lopen er meerdere tentoonstellingen. Alleen een bezoek aan beide gebouwen, met een fantastisch uitzicht op Marseille, vraagt al gauw 2 uur. We hebben ons voorgenomen er eens een dagje aan te spenderen op een minder druk moment dan het openingsweekend.

    En dan is er nog TransHumance, een bijzonder project binnen Marseille-Provence 2013. Enkele duizenden schapen, koeien en paarden zijn doorheen de Provence naar Marseille gekomen. Het publiek kon onderweg aansluiten (te paard, niet direct mijn ding). Op zondag (09/06/2013) komen alle beestjes samen en zullen ze door de straten van Marseille lopen. De schapen stonden vandaag alvast klaar aan het MUCEM.

    We hebben alle musea in Marseille al bezocht die open zijn, maar het MUCEM, dat is echt wel top. Wie nog geen bestemming heeft voor zijn volgende citytrip: Marseille. Doen.

  • Dites-moi (I)

    Als wij iets uitleggen of vragen, dan doen we dat meestal kort en krachtig. In Marseille is dat vaak anders. Hier in het Zuiden van Frankrijk ben ik alvast tegen 2 nieuwe vormen van communicatie gelopen: het neen-antwoord en het rond-de-pot-draaien-gesprek. Laten we beginnen met het eerste.

    Naar mijn gevoel heeft een Fransman eerder de neiging om ‘neen’ te antwoorden op elke vraag waarbij hij zelf een actie moet ondernemen. Tijdens het verdere gesprek moet je de ‘neen’ proberen om te buigen tot een ‘ja’, maar zonder te bruskeren. Want anders zijn ze beledigd. Afgelopen weekend had ik zo een gesprek op de bus naar Cassis. Tussen Marseille en Cassis rijdt er een intercity-bus van een privé-maatschappij. Het is een gewone touringcar waar geen technologie in aanwezig is die de stopplaatsen aangeeft. Er zijn een 20-tal stopplaatsen, maar in praktijk rijdt de bus gewoon rechtstreeks van centrum Marseille naar centrum Cassis. Wij wensten halverwege af te stappen om daar een wandeling door de calanques aan te vatten.

    Wij: Kunnen we afstappen aan halte X?
    Chauffeur: Jazeker
    Ik: Kan u een seintje geven?
    Chauffeur: Neen, je moet bellen.
    Ik: Maar ik weet helemaal niet waar ik moet bellen.
    Chauffeur: Eens we uit Marseille zijn, rijd ik zo hard dat ik zal vergeten om te stoppen.
    Ik: euh…
    Chauffeur: En daarom moet je bellen.
    Ik: En hoe weet ik nu wanneer ik moet bellen?
    Chauffeur: Wel de baan gaat omhoog en dan omlaag (de rit duurt ca 40 minuten), en dan moet je bellen.
    Ik: Ah…
    Chauffeur: Ik zal het ‘proberen’ om het te onthouden.

    We hebben uiteindelijk zelf gebeld. Beetje gegokt met het idee dat als we fout waren, we gewoon niet gingen uitstappen. De bus stopte, de chauffeur riep vervolgens luidop de (juiste) halte af. We hebben hem vriendelijk bedankt.

  • Halfweg

    We zijn halfweg ons verblijf in Marseille. Voorbij halfweg zelfs. Het is te vroeg om over ‘ons half jaar’ te reflecteren, maar een update halfweg moet kunnen.

    Drie maanden bleek een scharniermoment op het werk. De ‘u’-vorm werd vervangen door de ‘je’-vorm, er kwam een voorstel om samen te werken en ik kreeg plots een rondleiding en toegang tot enkele lokalen op de universiteit. Een verblijf van minder dan 3 maanden, zou ik hier dan ook niemand adviseren.

    De zomer was tot nu toe het enige seizoen waarin ik deze streek bezocht heb in het verleden. Nu hebben we ook de winter kunnen meemaken, zitten we volop in de lente en de zomer komt er langzaam aan. In vergelijking met België is het weer hier 1000 keer aangenamer, maar toch veel kouder dan ik gedacht had. De minimum temperaturen liggen hier veel hoger, maar de mistral haalt de gevoelstemperatuur enorm omlaag. Maar het is wel een zaligheid dat je uit de wind het hele jaar door een terrasje kan doen of buiten kan eten.

    Nu we toch bij terrasjes zijn aangekomen, kunnen we naar het culinaire overstappen. Er zijn toch enkele dingen die mij verbaasd hebben. De etiquette in de horeca is bijvoorbeeld minder verfijnd dan bij ons: bestek wordt nooit gewisseld tussen de gerechten, een al duurdere fles wijn wordt gewoon op tafel gegooid (niks tonen, niks proeven) en soms moet je zelfs expliciet vragen om een vuil bord met saus op, te wisselen voor een proper exemplaar. Daarnaast is de wijn (prijs/kwaliteit) hier ook behoorlijk prijzig in vergelijking met de wijnstreken die we de voorbije jaren hebben bezocht in Noord-Spanje en Oostenrijk. De pluspunten vermorzelen gelukkig met gemak de minpunten. Een slecht restaurant vinden is hier moeilijk, de gemiddelde kwaliteit ligt zeer hoog en de prijs is veel lager dan in Vlaanderen. De Fransen zijn trots op hun terroir en dat proef je in werkelijk alles. Ik weet niet of ik er ooit op uitgekeken zou kunnen raken.

    Drie maanden weg heeft in elk geval een aangenaam soort rust gebracht en we genieten er met volle teugen van. De komende weken zullen we ook een ander facet van Marseille te zien krijgen: de zomerdrukte. Als we de inwoners hier mogen geloven is dat een zeer vermoeiende periode. Maar we kijken er naar uit. Elke dag zon, en na het werk naar het strand. Heerlijk.