• Voor mij graag een vliegwiel in 2014

    2013 was een fantastisch jaar: zes maanden genoten van het leven, de liefde en werken in Zuid-Frankrijk, en (op een spijtige uitzondering na) bleven al mijn dierbaren in goede gezondheid.

    2014 staat in het teken van mijn doctoraat. Ik heb nog enkele maanden om het nodige schrijfwerk te verrichten, alvorens in september 2014 terug voor 100% mijn job als lector op te nemen. Mijn verdediging hoop ik ergens rond november 2014 te kunnen plannen, maar als de bureaucratie niet mee wil, zou het ook begin 2015 kunnen worden.

    Er moet nog veel geschreven worden. Ik ga mijn schrijftempo dus nog moeten opdrijven. * ZUCHT *
    Meerdere gedoctoreerden lieten al weten dat ik op een bepaald moment iets ga ervaren als ‘een vliegwiel’ (een woord geleend via @jotondeur): ik zou in een ritme moeten komen waardoor ik steeds sneller ga kunnen schrijven.

    Bovenal hoop ik natuurlijk dat we in 2014 even gezond en gelukkig mogen blijven. Maar daarnaast zou ik aan het grote vliegwiel willen zeggen: kom maar af, ik ben er klaar voor om aan de eindsprint te beginnen.

    En voor u allen: alles wat uw hart maar wensen kan.

     

     

     

  • Marseille doelstellingen, 6 maanden later

    Ons buitenlands verblijf in Marseille zit er bijna op. Mijn doelstellingen vooraf waren de volgende:

    • Zes maanden voltijds aan mijn doctoraat werken
    • Comfort zone verlaten
    • In een multiculturele omgeving wonen
    • Marseille en omstreken verkennen (strand, food etc)…

    Zes maanden later, kan ik er nog enkele aan toevoegen:

    • Een nieuwe manier van werken
    • Impact op de gezondheid
    • Impact op de relatie
    • Vrienden en familie
    • Verliefd op Marseille
    • Cultuurchock

    En wat zijn nu mijn bevindingen 6 maanden later:

    1. In België is doctoreren voornamelijk weggelegd voor pas-afgestudeerden die gedurende 4 à 6 jaar voltijds werken aan een doctoraat. Ik zit in een compleet andere situatie. Van mijn werkgever (Hogent) heb ik 6 jaar 50% gekregen om naast mijn job aan een doctoraat te werken. Een fantastische opportuniteit, maar het wekelijks switchen tussen 2 contexten heb ik toch eerder als zwaar ervaren (tijd, concentratie, werklast). Daarom was het zinvol om eens 6 maanden te kunnen doorwerken aan mijn doctoraat.
    2. Alles was goed zoals het was in Gent: stad, huis, werk, vrienden. Maar toch, ik had de indruk wat in slaap gevallen te zijn. In Marseille gaan wonen en werken was een goeie wake-up call, het is een stad die dwingt om alert te blijven. Elders verblijven helpt ook om eens afstand te nemen van je eigen leven. Het is trouwens de 3e keer dat ik voor enkele maanden elders ga wonen, eerdere bestemmingen waren Los Angeles (marketing-medewerker) en Gran Canaria (duik-assistent).
    3. De manier waarop er in België omgegaan wordt met multi-culturaliteit ergert mij mateloos, zowel bij de ‘oude’ als de ‘nieuwe’ Belgen. Marseille als havenstad heeft een eeuwenoude traditie van migratie en integratie. Dat het anders kan, zoals we hier mochten ervaren, was een fijn en geruststellend idee.
    4. Marseille bleek veel interessanter dan gedacht. De natuur alleen al is zo verscheiden (calanques, onderwater-fauna, eilandjes…) en uitnodigend dat we onze plannen om Montpellier, Avignon etc. te bezoeken niet uitgevoerd hebben. En daarnaast was Marseille ook de culturele hoofdstad van 2013 zodat we elk weekend opnieuw een keuze moesten maken uit een uitgebreid programma.
    5. Het was even wennen aan de universiteit: men heeft er een andere manier van werken en zelfs een compleet ander denkbeeld. Ik vond het dan ook enorm verrijkend op professioneel vlak.
    6. Het leven gaat trager in het Zuiden van Frankrijk. In de omgang op straat is men zoveel hartelijker. In de keuken viel het op dat men veel minder vlees eet en alles in veel kleinere porties serveert. Wat nu precies bijdraagt aan wat is moeilijk te zeggen, maar enkele (kleine) fysieke kwaaltje bleven hier volledig weg.
    7.  Zes maanden dicht bij elkaar leven loopt niet voor alle koppels goed af. Mij is het echter zeer goed bevallen. Het zal wennen worden de komende maanden om minder samen te zijn.
    8. Natuurlijk hebben we onze familie, vrienden, buren en collega’s gemist. Vooraf hadden meerdere mensen ons gewaarschuwd vanuit hun eigen ervaring: “denk maar niet dat jullie veel bezoek gaan krijgen”. Het omgekeerde was waar: we hebben enorm veel bezoek gehad. Tot onze grote spijt hebben we zelfs enkele mensen moeten teleurstellen omdat we ze niet konden ontvangen.
    9. Het is vreemd hoe negatief zelfs de steden in de buurt van Marseille tegenover de stad staan. Hier zeggen ze: “ofwel ben je verliefd op de stad ofwel ben je er tegen”. Marseille is enerzijds een multi-culturele en zeer open stad, maar helaas ook een qua oppervlakte te grote (en dus moeilijk te controleren) en arme stad. Het is vooral dat laatste waarmee het steeds het nieuws haalt, en dat is jammer.
    10. Het is niet allemaal rozengeur en maneschijn natuurlijk. We zijn behoorlijk vaak op de stugheid van de Fransen gebotst, op de logge administratie, op de eindeloze discussie cultuur, op hun gebrek aan uitvoering etc. Daarnaast heeft het me ook verbaasd hoe sterk de zeer katholieke en rechtse stromingen hier nog zijn, met vooral veel intolerantie als gevolg.

    Bovenstaande is een momentopname. Misschien zit ik nog te veel ‘in de stad’ om er objectief naar te kijken. Het was in elk geval, 100% zeker, een geslaagd verblijf.

  • Oxygène

    PortHet is hier stil geweest de voorbije jaren. De zin om te bloggen was er nog, maar de inspiratie niet meer. Gebrek aan zuurstof, weet ik nu.

    De komende maanden zitten we in Marseille. Om te werken. Een doctoraat moet afgewerkt, en mijn werkgever was zo vriendelijk om mij de ruimte te gunnen die ik nodig heb om te schrijven. Maar we zijn hier ook om te genieten. En dat zal in deze parel van een stad, tevens dit jaar culturele hoofdstad van Europa, geen probleem zijn.

    De blog zelf is in een nieuw kleedje gestoken. Daarvoor wil ik graag nog Mixette bedanken.

  • Als ik nu eens een einde voor mijn Soapbox bedacht

    Ik veranderde al eens van mening als ik over het voortbestaan van deze weblog nadacht.

    Het was een onderwijscollega die naar de privé trok vorig jaar, die mij deed nadenken. “Als je wil evolueren” zei hij, “dan moet je soms een punt zetten achter projecten”. En dat is blijven hangen.

    Het was januari 2004 toen ik voor het eerst met mijn soapbox naar buiten kwam. Ondertussen ben ik er 1042 keer op gaan staan om iets te vertellen. Ik heb mij nooit aan een bepaald thema gehouden en schreef zowel recensies, cursiefjes, verslagen als reclameboodschappen. De rode draad was simpelweg de gebeurtenissen in mijn leven.

    Ik heb veel geschreven vind ik de afgelopen jaren en dit op meerdere weblogs. Een vaardigheid die ik zonder het medium bloggen zeker niet zo intensief beoefend had. De laatste 4 maanden heb ik dan weer beroepsmatig niets anders gedaan dan schrijven. Aan mijn eerste wetenschappelijk artikel (ik begin volgende week aan versie 12), conferentievoorstellen en cursussen voor school. Het ziet er ook naar uit dat ik de komende 3 academiejaren zo een 70% van mijn tijd aan het schrijven zal zijn. Ik voel mij dan ook meer schrijver (maar niet in de verheven betekenis van het woord) dan iets anders op dit moment.

    Aan het einde van mijn doctoraatsmandaat zal ik een tijdje schrijven aan de finale versie mijn “doctoraat”. Vroeger was dat een boek, nu eerder het aan elkaar breien tot één geheel van een 4-tal studies die bij voorkeur al gepubliceerd zijn (liefst via een artikel, maar ook op conferenties ed.). Ik ga erg trots zijn als ik de papieren versie van mijn doctoraat in mijn kast kan zetten, daar ben ik nu al zeker van. Maar nu bedacht ik vannacht dat daar eigenlijk nog een werk naast zou mogen staan: een bundeling van voor mij relevante blogposts. Mijn doctoraat en mijn eigen bloemlezing, dat zou ik een mooie samenvatting vinden van een decennium schrijven.

    Mijn voornemen is dus een document maken dat ik voor mezelf en een paar dierbaren zal laten printen bij Lulu of zo. Daarom ga ik de komende maanden een paar lijnen uit deze blog selecteren en daar blogposts rond verzamelen. En waarschijnlijk ook nog hier en daar een slotstuk bij schrijven. Het resultaat zal natuurlijk ook hier online te volgen zijn.

    Ik sluit niet uit dat ik hier later doorstart met een andere blog, maar evengoed zoek ik mij eens een andere hobby. Mijn doel voor de komende maanden is enkele projecten afsluiten, niet direct aan nieuwe beginnen. Vandaag ben ik vooral blij dat ik een beslissing heb genomen, maar ook over de manier waarop ik dat ga doen. Want ik vind het een waardig einde dat past bij dit project en bij het afsluiten van een periode.

  • De tools van de wetenschapper: WordPress

    Een jaar nadat ik aan mijn doctoraat begon, heb ik ook een Engelstalige blog opgezet. In eerste instantie omdat ik een blog nodig had bij een cursus die ik volgde in het kader van de doctoral schools. Daarnaast wou ik ook een platform naast dit blog en Edublogs.be om informatie in het Engels op te publiceren.

    Voorlopig kom ik aan 1 post per maand, wat niet bepaald productief genoemd kan worden. Enerzijds komt dat omdat ik nog niets in het Engels gepubliceerd heb (maar dat komt eraan), anderzijds omdat ik voor Twitter gekozen heb als primaire bron om te communiceren.

    Toch vind ik mijn Engelstalige blog niet onbelangrijk, want ik kan er mijn presentaties en podcasts op kwijt en ik ben ook van plan om er al mijn publicaties, of afgeleiden indien het copyright mij in de weg staat, onder te brengen. De blog gaat dus helemaal mee in het tempo van mijn doctoraat: traag, maar zeker.

    Ondertussen ben ik 7 jaar aan het bloggen en heb ik nog 3 blogs in eigen beheer. Ik heb mij wel eens voorgenomen om te stoppen met dit blog en enkel verder te gaan in het Engels, maar dat voornemen was ook weer snel verdwenen. Eigenlijk heb ik nu mijn draai helemaal gevonden: de “drsmetty” Twitter en blog gebruik ik voor het werk en is helemaal publiek, “smetty” is publiek qua bloggen, maar niet op Twitter. Met die formule kan ik zeker verder tot het einde van mijn doctoraat. En daarna zien we wel weer.